Pagina 4 - Een klas in vuur en vlam

8
De bus stopt voor het schoolplein. Renze pakt zijn tas. Door het
raampje ziet hij Hetty en Janet staan, en Vincent.
Doei,’ zegt hij tegen de chauffeur. Hij loopt vlug het plein op. Zijn
boze bui is gelukkig over.
Waar hebben jullie het over?’ vraagt hij als hij bij het groepje staat.
Dat wil je niet weten,’ zegt Janet. Haar wangen zijn knalrood.
Wat is er dan?’ Hij kijkt vragend het kringetje rond.
Vincent stapt naar voren. ‘Er zou toch een nieuwe jongen bij ons in
groep 7 komen?’
Ow, is dat het.’ Renze haalt zijn schouders op.
Wacht maar,’ zegt Hetty, ‘je schrikt je wild als je hem ziet.’ Ze rolt
met haar donkerbruine ogen. Haar zwarte haar is heel kort ge-
knipt, ziet Renze. Vorige week tijdens het uurtje handvaardigheid
had ze er gewoon de schaar in gezet. Grote plukken zwart haar op
de grond. De meester was laaiend, maar kon er natuurlijk niet veel
meer aan doen. Dit soort dingen horen bij Hetty, heeft hij ontdekt.
Ze komt met de fiets naar school en als hij het goed gezien heeft, is
het zelfs een crossfiets.
Waarvan zou ik volgens jou schrikken?’
Moet je zelf maar bekijken. Hij is nu even binnen. Hij werd ge-
bracht door zijn vader, denk ik.’
Renze denkt vlug na. Wat kan het zijn? Is het misschien een adop-
tiekind, een donker kind? Maar dan hoeven ze toch niet zo over-
dreven te reageren? Wacht, hij is natuurlijk heel klein, of juist heel
lang, of nee... heel dik! Heeft meester Graafland er misschien iets
over gezegd? Geen idee.
Is hij blank?’ vraagt hij.
Hetty schiet in de lach. ‘Eh, nee.’
Bruin?’
Ook niet.’
Wat is er dan zo bijzonder? Is hij klein? Dik? Dun?’
Nee. Nee. Nee.’